programmaboekje
fr
Boris Giltburg / Sasha Gusov

Boris Giltburg

Beethoven sonatas cycle

programma

Ludwig van Beethoven (1770-1827)

Pianosonate nr. 2 in A, op. 2/2 (1793-95)

  1. Allegro vivace
  2. Largo appassionato
  3. Scherzo: Allegretto
  4. Rondo: Grazioso

Pianosonate nr. 17 in D, op. 31/2 (1802)

  1. Allegro
  2. Scherzo. Allegretto vivace
  3. Menuetto. Moderato e grazioso
  4. Presto con fuoco

 

Pauze

 

Pianosonate nr. 27 in e, op. 90 (1814)

  1. Mit Lebhaftigkeit und durchaus mit Empfindung und Ausdruck
  2. Nicht zu geschwind und sehr singbar vorgetragen

Pianosonate nr. 15 in D, op. 28, “Pastorale” (1801)

  1. Allegro
  2. Andante
  3. Scherzo: Allegro vivace
  4. Rondo: Allegro ma non troppo

 

Einde van het concert: +/- 21:55

Boris Giltburg

Boris Giltburg (°1984) werd geboren in Moskou en verhuisde op jonge leeftijd naar Tel Aviv. Daar studeerde hij bij zijn moeder en vervolgens bij Arie Vardi. Hij maakte zijn debuut op de BBC Proms in 2010. In 2013 werd hij Eerste laureaat van de Koningin Elisabethwedstrijd, wat zijn internationale carrière lanceerde. Hij speelde recitals in de belangrijkste concertzalen zoals Southbank Centre en Wigmore Hall in Londen, Concertgebouw Amsterdam, de Elbphilharmonie Hamburg, Auditorium de Radio France, Carnegie Hall, Toppan Hall Tokio en Forbidden City Concert Hall Beijing en toerde regelmatig in Zuid-Amerika en China. Sinds 2015 werkt hij samen met het label Naxos Records. Voor zijn project Beethoven32 nam hij in het Beethovenjaar 2020 alle pianosonates van Beethoven op, later voegde hij daar ook de pianoconcerten aan toe. Ook maakte hij opnames van de integrale pianoconcerten van Rachmaninov (bekroond met een Opus Klassik Award), naar aanleiding van diens 150ste verjaardag in 2023. Hij is al enkele jaren een graag geziene gast in Flagey, waar hij als vervolg van zijn project Beethoven32 dit en volgend seizoen alle Beethovensonates ook live zal uitvoeren.

toelichting

In 2027 is het precies tweehonderd jaar geleden dat Ludwig van Beethoven overleed. Om zijn oeuvre in de kijker te zetten, presenteert Boris Giltburg, winnaar van de Koningin Elisabethwedstrijd 2013, een ambitieus muzikaal project: de integrale cyclus van Beethovens 32 pianosonates. Elk recital in deze reeks toont een fase in Beethovens ontwikkeling: van jong en leergierig tot radicaal vernieuwend, van beheerst classicisme tot visionaire expressie. Giltburg zoekt niet alleen uiterlijke perfectie, maar vooral innerlijke waarheid: hij wil de luisteraar meenemen in de muzikale worsteling, in de momenten van extase én introspectie. Zoals hij ooit schreef over zijn opnameproject van 2020 met de integrale sonates: “Wat begon als een uitdagend idee is snel iets heel anders geworden: passie, doorzettingsvermogen, slaap- en gedachtenverslindend, inspirerend, verrassend, soms tot wanhoop drijvend… Liefde? Leven?”

In dit tweede concert binnen de Beethoven-reeks brengt hij vier pianosonates die elk een ander aspect van Beethovens lyrische kracht tonen. Van de elegante helderheid van de vroege Sonate nr. 2 tot de introspectieve diepgang van de late Sonate nr. 27: in al deze werken klinkt een persoonlijke, haast vocale toon. De beroemde “Storm”-sonate nr. 17 en de Pastorale nr. 15 verbinden dan weer heftige dramatiek met innerlijke bewogenheid.

De welbespraakte Beethoven

Met zijn drie sonates opus 2 presenteerde de jonge Beethoven zich in 1795 als componist én virtuoos aan het Weense publiek. Hij had zich kort voordien gevestigd in de muziekhoofdstad van Europa, waar pianisten elkaar in salons aftroefden met bravoure en improvisaties. Beethoven observeerde, daagde uit en overtrof: toen de virtuoos Steibelt zijn kunstjes etaleerde, vroeg hij spottend “Ja, maar wanneer begin je nu?” In die geest van zelfbewuste vernieuwing ontstond zijn Klaviersonate nr. 2, opgedragen aan Haydn, waarin hij klassieke helderheid combineert met persoonlijke expressie.

Het Allegro vivace opent met ingehouden unisono-octaven, maar bruist van innerlijke energie. Achter de elegantie schuilt een jonge geest die grenzen aftast. Al in de negende maat ontspint zich levendig contrapunt, doortrokken van humor en scherpzinnige dynamiek. Boris Giltburg hoort hier “een charmante, goedgeluimde en welsprekende Beethoven, blakend van levenslust”. De onverwachte tweede themagroep in mineur voegt volgens hem “een persoonlijke, dringende toon” toe aan het spel.

Het Largo appassionato vormt het plechtige middelpunt: een langzaam proces vol innerlijke spanning en rijke harmonie. Beethovens leerling Czerny sprak over zijn “religieus karakter”, Giltburg over “grote diepte en ontzag, maar ook elegantie en schoonheid”. De klank is breed en vocaal, alsof Beethoven de piano al tot orkest verheft.

In het scherzo (Allegretto) klinken speelsheid en ironie, met een verrassend dramatisch trio in mineur: een vroege voorbode van zijn latere scherzi. De finale (Rondo grazioso) ademt pure Weense charme: het rondothema keert vijfmaal terug, telkens rijker versierd, alsof Beethoven improviseert voor een glimlachend publiek. Tussenin barst een korte storm van triolen los, waarna de sonate zacht en elegant eindigt.

“The Tempest”

In 1802, terwijl Beethoven worstelde met zijn beginnende doofheid, componeerde hij een uiterst persoonlijk werk: zijn Sonate nr. 17, de tweede sonate uit zijn opus 31. De toonaard re klein is uitzonderlijk: hij gebruikte ze zelden, maar telkens met dramatische betekenis (denk aan de Negende Symfonie). Volgens de apocriefe anekdote zou Beethoven op de vraag naar de betekenis van dit werk geantwoord hebben: “Lees The Tempest.” Of hij dat echt zei, is twijfelachtig, maar de bijnaam bleef, wellicht omdat ze treffend aanvoelt.

Het openingsakkoord (geen re klein, maar een aarzelend la groot) lijkt op de inzet van een operarecitatief. Zoals Boris Giltburg schrijft, “neemt Beethoven iets alledaags uit de achttiende-eeuwse muziektaal en verandert het in pure magie.” Uit dit ene gebroken akkoord groeit een stormachtig Allegro, waarin elk motief – de triolen, en de rusteloze tweenotenfiguur – voortkomt uit dat ene gebaar. Het is muziek die lijkt te spreken, vol innerlijke onrust, adem en stiltes.

In het Adagio klaart de hemel slechts schijnbaar op. De toonaard si mol groot biedt rust, maar onder de oppervlakte blijft een drumachtig gerommel aanwezig. Giltburg noemt het “een moment van beschutting, maar niet van verlossing”: de harmonie cirkelt onveranderlijk rond haar kern, alsof de tijd stilstaat.

De finale, met zijn draaiende perpetuum-mobilefiguren, herneemt de spanning van het eerste deel. Zachte, dromerige passages wisselen af met uitbarstingen van dramatische energie, alsof we vanop afstand een storm zien die ons dan plotseling meesleurt. Het slot dooft uit in een leegte die Prospero’s woorden uit Shakespeares toneelstuk oproept: “We are such stuff as dreams are made on…”

Strijd en sereniteit

De Pianosonate nr. 27, gecomponeerd in de zomer van 1814, markeert een bijzonder moment in Beethovens carrière. Kort na de voltooiing van de finale versie van zijn opera Fidelio, schreef hij een werk dat in slechts twee bewegingen een intens contrast toont: een eerste beweging vol innerlijke strijd, gevolgd door een tweede van lyrische sereniteit. Op het moment van publicatie werd de sonate opgedragen aan zijn vriend en mecenas, graaf Moritz Lichnowsky, zonder dat deze opdracht was gevraagd. Volgens een legende van Schindler symboliseert de sonate het hartstochtelijke liefdesleven van de graaf; hoewel deze anekdote gefabriceerd blijkt, spreekt er desondanks een narratieve kracht uit de muziek.

Het openingsdeel, ‘Mit Lebhaftigkeit und stets mit Empfindung und Ausdruck’, is compact maar dramatisch geconstrueerd. Het begint met een krachtige, onmiddellijke inzet, gevolgd door een zachte, tedere respons in spookachtige octaven, en een onafgebroken drive die spanning opbouwt. Giltburg merkt op dat de herhaling van het openingsmotief, overlappend en gelaagd, “een herinneringswaardige en aangrijpende klank” creëert. Het slot van de beweging balanceert tussen kracht en kwetsbaarheid: de openingsfrases weerklinken in de hogere registers van het klavier, fragiel en intiem, totdat de hartstochtelijke melodie opnieuw opduikt en de beweging besluit.

Het tweede deel, ‘Nicht zu geschwind, sehr singbar zu spielen’, contrasteert onmiddellijk. De toonsoort verschuift van mineur naar majeur en het dalende motief wordt omgezet in een zachtaardig, liefkozend lied. Herhalingen en variaties van het thema creëren een bijna eindeloos stromende, Schubertiaanse melodie, licht en transparant.

Rust, ritme en natuur

De Pastorale-sonate, gecomponeerd in 1800, opent met een opvallende herhaalde bas op de noot re, als een hartslag die de muziek draagt en de luisteraar meteen in een natuurlijke, bijna primitieve ritmiek dompelt. Giltburg merkt op: “Het pulserende basmotief spreekt van de onophoudelijke continuïteit van het leven.” Daarboven ontvouwt zich een melodie die frisheid en verwondering ademt. Beethoven speelt met herhalingen en sforzati, waardoor het hoofdthema zowel stabiel als levendig klinkt, terwijl het tweede thema de sfeer van een open veld en het dierenleven oproept. De thema’s lijken eenvoudig, maar Giltburg benadrukt dat “achter deze schijnbare eenvoud een diep begrip schuilt van de melodische adem en de structuur van het leven zelf.”

Het tweede deel, Andante, ontplooit zich als een plechtige mars. De rechterhand voert een vloeiende legato-melodie, boven een staccato-begeleiding in de linkerhand die aan de bas van het eerste deel doet denken. Giltburg noemt dit “een persoonlijk en inwendig verhaal, waar tijd en ruimte lijken stil te staan en iedere noot gewicht en betekenis heeft.” In het middendeel krijgt de muziek even een lichter karakter, maar de ernst van het begin keert al snel terug.

Het scherzo herstelt de vitale energie: een krachtige, ritmisch gestuurde beweging die alle resterende schaduwen verdrijft. Giltburg beschouwt dit deel als “een demonstratie van Beethovens vermogen om spel en ernst te verbinden, een vrolijkheid die niet oppervlakkig is maar steeds gedragen wordt door een innerlijke logica.”

Het afsluitende rondo herneemt de pastorale sfeer van het openingsdeel, met een basmotief dat de herinnering aan het eerste thema oproept. Beethoven verweeft hier contrapunt en chromatiek in het centrale thema. Giltburg merkt op: “Hierin hoor je Beethoven als schilder van de natuur, vol transparantie, licht en ritmische vitaliteit, maar met momenten van onverwachte kracht en uitbundige energie, vooral in de presto-coda, waar de muziek bijna uitbarst in een Bacchische triomf van leven en geluid.”

Waldo Geuns

Friends of Flagey

FELLOWS

Charles Adriaenssen, Marc Ghysels, Diane de Spoelberch

GREAT FRIENDS

Patricia Bogerd, Leon Borgerhoff, Monique Bréhier, Alexander Chadd, Marie-Irene Ciechanowska, Stephen Clark, Marixenia Davilla, Claude de Selliers, Chantal de Spot, Jean de Spot, Pascale Decoene, Alain Dromer, Jean Louis Duvivier, Gérard Gieux, François Hinfray, Ulrike Hinfray, Patrick Jacobs, Ida Jacobs, Pauline Krayenhoff, Peter L’Ecluse, Jean-Pierre Marien, Ine Marien - De Cock, Monsieur & Madame André Mueller, Miriam Murphy, Sabine Overkämping, Martine Renwart, Martine Riviere, Jean-Pierre Schaeken Willemaers, Hans Schwab, My-Van Schwab, Didier Staquet, Maria Grazia Tanese, Coen Teulings, Pascale Tytgat, Marie Van Couwenberghe, Colienne Van Strydonck, Piet Van Waeyenberge, Isabel Verstraeten, Andreas von Bonin, Katinka von Bonin, Dimitri Wastchenko, Nathalie Waucquez, Lidia Zabinski, Jacques Zucker

FRIENDS

Ann Arnould, Pierre Arnould, Boudewijn Arts, Carmen Atala, Alexandra Barentz, Gino Baron, Dominique Basteyns, Marijke Beauduin, Joe Beauduin, Etienne Beeckmans de West-Meerbeeck, Jens Benoot, Anne Marie Berlier, Pierre Billet, Véronique Bizet, Dominique Blommaert, Beatrix Bourdon, Edwin Bourgeois, Noëlle Bribosia, Geneviève Brion, Gauthier Broze, Nicole Bureau, Chantal Butaye, Olivier Chapelle, Béatrix Charlier, Catherine Chatin, Jacques Chevalier, Anne-Catherine Chevalier, Marianne Chevalier, Angelica Chiarini, André Claes, Bénédicte Claes, Xhenis Coba, Theo Compernolle, Chris Coppije, Philippe Craninx, Vanessa Crapanzano, Pierre d’Argent, Regis D’hondt, David D’Hooghe, Suzannah D’Hooghe, Anna-Teresa D’Hooghe, Frederika D’Hoore, Stanislas d’Otreppe de Bouvette, Laure d’Oultremont, Etienne d’Ursel, Ludovic d’Ursel, Jean-Claude Daoust, Joakim Darras, Laurent de Barsy, François de Borman, Kathleen de Borman, Olivier de Clippele, Sabine de Clippele, Eric De Gryse, Pierre de Maret, Alison de Maret, Kristine De Mulder, Aline de Ville de Goyet, Sabine de Ville de Goyet, Dominique de Ville de Goyet, Françoise de Viron, Sebastiaan de Vries, Sonia de Waillet, Stéphane De Wit, Philippe de Wouters, Agnès de Wouters, Hendrik Deboutte, Gauthier Desuter, May Dewaet, Laurent Drion, Aurélie Drion, Kristin Edwards, Jan Eggermont, Marie Evrard, Dominique Favart, Philippe Feron, Catherine Ferrant, Véronique Feryn, Solene Flahault, Henri Frederix, Alberto Garcia-Moreno, Nathalie Garcia-Moreno, Brigitte Geerinckx, David Geeurickx, Nathalie Genard, Pierre Marie Giraud, Hélène Godeaux, Serge Goldman, Claire Goldman - De Vriendt, Frederick Gordts, Philippe Goyens, Eric Gubel, Charlotte Hanssens, Baron Xavier Hufkens, Luc Hujoel, Johan Huygh, Veerle Huylebroek, Françoise Jacques de Dixmude, Yvan Jansen, Patrick Kelley, Deborah Konopnicki, Katina Laaksonen, Katrien Lannoo, Anne Lauwers, Christine Le Maire, Bernard Levie, Janine Longerstaey, Philippe Longerstaey, Carole Ludlow, Peter Ludlow, Peter Maenhout, Joost Maes, Vincent Maroy, Michèle Martaux, Barbara Mayer, Christel Meuris, Quinten Mintiens, Delphine Misonne, Jan Moijson, Claude Oreel, Nadia Pachciarski, Martine Payfa, Ivan Peeters, Ingeborg Peumans, Jean Pierre Rammant, Agnès Rammant-Peeters, Anne-Marie Retsin, Andre Rezsohazy, Daniele Rizzi, Ariële Robyns de Schneidauer, Marie-Laure Roggemans, Katrien Rots, Catherine Rutten, Frieda Scholliers, Désirée Schroeders, Marie-Agnes Servais, Brigitte Smeyers, François Smeyers, Anne-Marie Sondag, Edouard Soubry, Anne Véronique Stainier, Ana Maria Stan, Michèle Stevelinck Heenen, Jan Suykens, Frank Suykens, Frank Sweerts, Jean t’Kint de Roodenbeke, Danielle t’Kint de Roodenbeke, Mirthe Tavernier, Dominique Tchou, Olivier Thuysbaert, Jelleke Tollenaar, Yves Trouveroy, Beatrice Trouveroy, Françoise Tulkens, Vanessa Van Bergen, Marie-Paule Van Craynest, Els Van de Perre, Katrien Van de Voorde, Radboud van den Akker, Dirk Van den Bogaert, Isabelle Van der Borght, Odile van der Vaeren, Karine Van Doninck, Patrick Van Eecke, Henriëtte van Eijl, Michel Van Huffel, Alain Van Muylem, Lydie Van Muylem, Emmanuel Van Rillaer, Stephanie van Rossum, Thomas Van Waeyenberge, Titia Van Waeyenberge, Laura Van Waeyenberge, Caroline Van Wonterghem, Marie Vandenbosch, Ines Hilde, Alain Vandenborre, Joanna Vandenbussche, Marie Vander Elst, Christophe Vandoorne, Elisabeth Vanistendael, Catherine Verhaegen, Alexandre Verheyden, Anne Vierstraete, Ann Wallays, Sabine Wavreil, Christian Weise, Serge Wibaut, André Wielemans, Ana Zoe Zijlstra, Management and People Development SRL, Qubemi

en diegenen die anoniem wensen te blijven

versie 26.09.2025

Partners